Beelddenken vanuit Davis
Denken in beelden wordt beelddenken (non-verbaal) genoemd.
Lees ook de pagina over de 40 gedragskenmerken van beelddenkers
Mensen met dyslexie denken bij voorkeur in beelden en/of gebeurtenissen en zijn zich minder bewust van het gebruik van woorden. Tot ongeveer ons vierde jaar denken we allemaal primair non-verbaal, en langzamerhand komt het verbaal (woord of taaldenken) denken erbij. Bij sommige komt het verbale denken nauwelijks of niet op gang en wordt het intuïtief, zintuiglijk en in beelden denken sterker ontwikkeld.
“Ieder mens heeft het vermogen om op beide manieren te denken”
De meeste mensen specialiseren zich in een van de beide…
Als de beelddenker ook ruimtelijk en in verschillende lagen kan kijken wordt dit multidimensionaal denken genoemd.
Zij nemen multizintuigelijk waar ( beelden, geluiden, gevoel geuren). Niet alle beelddenkers kunnen mutidimensionaal denken, daarom zijn niet alle beelddenkers automatisch dyslectisch.
Talent/leerproblemen en het onderwijssysteem
Als je zo voorwerpen, situaties, omgevingen kunt bekijken ontwikkel je talenten op gebied van ruimtelijk inzicht, praktische vaardigheid en creativiteit.
Het is een feit dat mensen met dyslexie vaak erg goed zijn in een of meer van deze gebieden ( bijv: sporters, musici, kunstenaars, architecten, vormgevers) Met deze talenten kun je op verassende wijze problemen oplossen of ernaar kijken op een hele andere manier.
Een voordeel is dat als je multidimensionaal kunt denken je een hele snelle denker bent en je in je voorstellingsvermogen vele details kunt waarnemen, een nadeel is dat je, datgene wat je ziet, niet altijd vlot kunnen verwoorden, je moet woorden zoeken bij de multidimensionale beelden.
Als je multidimensionaal ( 3 dimensionaal ) kan denken en je komt in aanraking met de 2 dimensionale symbolen (de letters van ons alfabet, en de cijfers) en je hersenen deze niet herkent en niet ruimtelijk kan bekijken, raken mensen met multi dimensionaal denken onzeker en raken in verwarring omdat het niet in hun denkwijze past.
Ons onderwijs systeem is voornamelijk gebaseerd op het verbale denken en de aanname in het onderwijs is dat jonge kinderen leren lezen via auditieve synthese, de kinderen wordt geleerd om de letters van de woorden te verbinden met de klank.
Dan worden die klanken met ‘hakken en plakken’ aan elkaar gelezen.
Boom wordt dan bijvoorbeeld uitgesproken als ‘buh-oooooo-um’. De nadruk ligt dus op hoe het klinkt en niet wat het kind hoort of ziet.
Helaas zijn er heel veel kinderen die dat niet oppakken, omdat dat niet hun ingang is. Zij leren anders en zijn misschien wel beelddenker en/of multidimensionaal denker. Bij het horen en waarnemen van letters en woorden koppelen ze dit niet aan klanken maar aan beelden. Zij maken dus niet automatisch een klank-letter koppeling.
Een probleem dat zich voor kan doen, is dat wat beelddenkers zien, is wat ze vaak denken (hun eigen werkelijkheid) en niet waarnaar ze kijken (de werkelijkheid) Ze hebben dus te maken met een waarnemingsillusie…..
Een ander probleem is dat beelddenkers veel meer tijd nodig hebben om alle verbale informatie in hun hoofd te vertalen!
Verbaal -> beelden -> woorden.
“Beelddenkers voorbeeld bij 2 tieners” ….
Vraag : Wat zie je bij het woord koe?
Antwoord 1: Een koe, wit met zwart.
Antwoord 2: Gewoon een koe in de wei, wit met zwarte vlekken
Vraag : Wat zie je voor je bij een Schotlandse Hooglander koe?
Antwoord 1: …Ik zou niet weten hoe die koe er uit ziet want ik ken dat soort niet.
Antwoord 2: Gewoon een koe die in Schotland op het land staat.
Onze hersens
Letters en cijfers herkennen, denken in abstracte begrippen: allemaal processen die beginnen in de linkerhersenhelft. En het is dan ook met name die linkerhersenhelft waarop het reguliere onderwijs een beroep doet. Bij veel mensen is die linkerhersenhelft ‘de baas’ in het brein. Maar niet bij iedereen. Bij mensen die voornamelijk in beelden denken, die o.a. ruimtelijk inzicht hebben, en bekwaamheden hebben om waarnemingen te wijzigen en te creëren, die intuïtief en sensitief zijn, heeft de rechterhersenhelft de overhand.
De aangeboren gave van deze bijzondere en unieke manier van waarnemen, kan dus ook problemen met leren en concentreren veroorzaken. Het heeft te maken met de denkwijze en de speciale manier van reageren op het gevoel van verwarring.
De hersenen zien niet wat de ogen zien.
Leren
Een voorwaarde voor leren is een goede samenwerking tussen beide hersenhelften, zodat informatie goed kan worden geïntegreerd. Door stress en spanning, dat vaak vast zit aan eerder opgeslagen informatie, beelden en associaties wordt deze samenwerking verstoord.
Accurate, consistente waarneming, en evenwicht helpt de balans te herstellen.
Lees ook de pagina over de 40 gedragskenmerken van beelddenkers